30 Stellingen onder de loep genomen (final)
Bodybuilders zijn domme mensen
Dit kan geen onjuistere uitspraak zijn. Overal te wereld, in alle lagen van de bevolking heb je mensen die een lagere intellectuele capaciteit hebben dan andere mensen. Het is normaal dat je in bodybuilding minder snuggere mensen zal tegenkomen. Maar het is niet omdat je aan bodybuilding doet, dat je automatisch dom bent. Integendeel, er kruipt veel werk in het vinden van een goede en doelstreffende trainingschema. Een dieet tot een goed einde brengen vraagt naast veel discipline ook een grote kennis van voeding. Dat je in gym een aantal leeghoofden maar wat ziet zwaaien, of dat je een aantal pro’s hebt die moeilijk kunnen uitleggen wat ze willen vertellen, mag zeker geen reden zijn om iedereen over dezelfde kam te scheren. Domme mensen kom je in alle sporten tegen. Hoe vaak heb je je niet geërgerd aan die professionele voetballers die zich amper kunnen uitdrukken? Vaak zijn die mensen ook mensen die leven voor de sport, en hebben ze in veel gevallen niet veel gestudeerd. Maar ook dit wil niet zeggen dat je dom bent. Ze weten misschien minder, ze hebben misschien minder algemene cultuur, maar die mensen kunnen slimmer zijn dan je denkt.
Dat er achter het hele bodybuilding-gebeuren een deel van narcicisme schuilt, valt niet te betwisten. Je gaat uiteindelijk trainen om je uiterlijk te verzorgen. Maar een zekere mate van oppervlakkigheid mag zeker niet gelinkt worden met domheid. Hoe verklaar je anders dat er zoveel trainers zijn die aan bodybuilding doen? Of dat er zoveel bodybuilders zijn die meer weten over voeding dan bepaalde diëtisten? Of beter nog, dat zoveel van die personen soms beter weten hoe anabolen werken dan de meeste dokters die hen onderzoeken?
Het antwoord is duidelijk, net zoals in alle andere sporten, heb je in bodybuilding slimme en minder slimme mensen; niet alle bodybuilders zijn dom.
Als bodybuilder hoef je niet te toppen, je traint tenslotten niet voor kracht.
Het hoeft niet per se, maar het kan wel heel erg praktisch zijn. Dit misverstand berust op het idee dat massa los staat van kracht. En hoewel massa niet rechtevenredig in verhouding staat met kracht is er zeker een verhouding tussen die twee. Hoe groter je wordt, hoe sterker.
Een van de grootste argumenten tegen toppen is dat het blessures kan opleveren. Je zou wel kunnen denken dat hoe hoger je gaat in gewicht, hoe gevaarlijker het wordt. Maar dit argument valt meteen in duigen wanneer je de lijn doortrekt naar andere disciplines zoals powerlifting en gewichtheffen. Beide sporten behoren tot de veiligste sporten (dwz het kleinste aantal blessures per 100 uren training), en toch wordt er regelmatig met gewichten boven de 90% van een 1rm gewerkt. De meeste mensen gaan ervan uit dat lichter trainen sowieso veiliger is dan zwaar trainen. Maar met een lichter gewicht kan je meer kracht en veel meer druk uitoefenen dan met een zwaar gewicht, tenminste als het lichter gewicht veel sneller wordt verplaatst. Er zijn ook talrijke sporten die meer druk uitoefenen op het lichaam dan zware krachttraining. Lopen kan dus gevaarlijker zijn voor je knieën dan pakweg een 1rm in de squat. En gewicht is niet de enige oorzaak van blessures; ik vind dat de numer 1 boosdoener nog altijd de slechte uitvoering is van bepaalde oefeningen. Met lichte of zware gewichten moet je altijd een goede uitvoering hebben. Ik ken zeer veel mensen die gemakkelijk 200kg squatten of deadliften, maar hun rug blesseren wanneer ze een plaat van 20kg willen opheffen.
Er zijn een aantal richtlijnen die je moet handhaven wanneer je gaat toppen :
- Safety first. Als je gaat toppen in de squat, heb dan genoeg spotters die je kunnen helpen moest het fout lopen.
- Doe het wanneer je sterk staat. Als je in wedstrijdvoorbereiding bent en je bent al veel zwakker dan normaal, ga dan niet voor een 1rm want dat is vragen om problemen.
- Behoud een perfecte uitvoering. Dit is imperatief wanneer je gaat toppen.
Regelmatig toppen (voor een bodybuilder zo’n 2 tot 4 keer per jaar lijkt me genoeg) heeft zeker een praktisch nut voor de mensen die hun trainingen willen plannen en bijhouden. Als je met gewichten traint, past je lichaam zicht aan. En je lichaam past zich onder ander aan door sterker te worden. Als je altijd met dezelfde gewichten traint terwijl je sterker wordt, zwakt het stimulus af tot op een punt waar het bijna geen effect meer zal hebben. Maar als je altijd maar gewicht blijft toevoegen, kan het zijn dat je op een gegeven moment ook op een plateau komt door overtraining. Je trainingsgewichten berekenen en plannen op basis van je 1rm is een goede manier om je training effectiever te maken en om eventuele overtraining te voorkomen.
De enige manier om af te vallen is door middel van aerobische oefeningen.
Dit is een redelijk sterk ingeburgerd misverstand. De meeste fitnesscentra maken ook gebruik van dit misverstand om meer geld te verdienen. Je ziet mensen uren aan een stuk fietsen, lopen en steppen. Maar hoe verklaar je dan dat er talloze bodybuilders of powerlifters zijn die een verschrikkelijk laag vetpercentage hebben, en dit terwijl ze meestal geen of bijna geen arobische activiteiten uitoefenen?
Ook hier is het antwoord simpel; aerobische activiteit is één van de manieren om af te vallen, maar zeker niet de enige. Je moet beginnen bij de basis. Dat is het belangrijkste. De meest doeltreffende manier om af te vallen is dur een aangepast dieet. Een vereiste om af te vallen is door meer te verbruiken dan je zelf inneemt. Dit kan je doen op drie manieren.
- Je behoudt de hoeveelheid Kcal die je tot je neemt, maar je gaat je activiteiten opschroeven om meer Kcal te verbruiken (dit kan je onder andere door aerobische oefeningen te doen, maar je kan gewoon wat vaker trainen ook).
- Je doet net het omgekeerde. Je verandert niets aan je verbruik van Kcal, maar je gaat een tekort creëren door minder te eten.
- Tenslotte kan je beide combineren, wat snel resultaten kan opleven, maar als je overdrijft, kan je ook meer spiermassa verliezen, wat zeker niet gewenst is, daar het vooral je verpercentage is dat je wil verminderen.
Zo zie je maar, als je wilt afvallen hoef je dus helemaal niet eindeloos te fiesten of te steppen. Begin bij een aangepast en evenwichting dieet. Dit moet je basis zijn en van daaruit kan je verder bouwen.
No pain, no gain
Dit zinnetje kan heel misleidend zijn voor beginnelingen en de interpretatie ervan kan soms ernstige gevolgen hebben. Ik denk dat het meer slecht dan goed heeft gedaan. Ik geloof niet dat je steeds je grenzen moet betasten om vooruit gaan. Ik weet dat het moeilijk is om te aanvaarden wanneer je zelf jarenlang hebt gehoord : “No pain no gain!”
Als je een oefening uitvoert, en je ervaart pijn of ongemak, dan is dit meestal een noodsignaal van je lichaam om onmiddellijk te stoppen en je uitvoering eens goed onder de loep te nemen. Pijn is niet fijn en pijn negeren kan resulteren in soms ernstige blessures (ingescheurde borstspier tijdens forced reps in de bench press anyone?).
Verder heb je ook nog het branderig gevoel dat je krijgt door verzuring. Als je met een zware set bezig bent en wil dit ook zeggen dat je vermoeid wordt en dat je waarschijnlijk je limiet nadert. Opnieuw, als je altijd tot deze limiet of voorbij deze limiet gaat, dan loop je nog meer risico op een blessure. Ik ben onlangs op een onderzoek gestoten dat zelfs suggereerde dat vermoeidheid geen vereiste is om sterker te worden. In dit onderzoek moesten twee groepen een totaal volume van 40 reps uitvoeren op een oefening. Het gebruikte gewicht bedroeg 73% van hun 1rm De ene groep moest dit doen in 4 sets van 10 reps met 30 seconden rust, en de andere groep deed 40 singles (1 rep per set) met telkens 30 seconden rust tussen de reps. Na negen weken vertoonden de twee groepen ongeveer dezelfde toename in kracht. Het is dus misschien een goed id om eens niet tot failure te trainen, en wat zwaarder en voor wat minder reps maar wat meer sets, ik denk dat het je zeker goed zal doen.
DOMS (Delayed Onset Muscle Soreness) is ook zo’n beest waar velen met plezier over spreken. Meestal wordt DOMS beschouwd als een teken dat je goed getraind hebt. Ik geloof enkel dat je herstel vertraagd wordt door DOMS. Het is dan meestal een teken dat je teveel hebt gedaan en zodus veel langer moet herstellen, waardoor je frequentie ook nog eens teruggeschroefd moet worden. En dan heb je nog niet de garantie dat je beter vooruitgaat dan de persoon die minder of geen spierpijn ervaart. De raad die ik meestal geef is : train niet met het oog op DOMS, failure etc etc. Dit zijn dingen die zouden moeten gebeuren, maar ze mogen geen vast waarden zijn in je training. Als je dan al DOMS hebt (ik heb dat ook soms), is de beste manier om met een licht gewicht te trainen doorheen de dag en met hoge reps en weinig of geen weerstand.
Ik wil nu niet zeggen dat je jezelf nooit moet pushen, helemaal niet. Je moet af en toe je grenzen aftasten, dat wel. En je moet het jezelf wel moeilijk maken. Maar dit wil niet zeggen dat je altijd moet doorgaan tot je het gevoel hebt dat je oogballen als knikkers op de grond zullen vallen.
Incline is voor bovenborst, decline of voor onderborst
Eventjes een les in biologie : Je hebt de pectoralis major. (Zie foto)
Goed, kijk nu goed naar de origo's (waar de spier haar aanhechting heeft aan de borstkas). Als je dit ziet merk je dat de borstspier zich hecht aan 3 delen van de borstkas. Je kan merken dat de pectoralis major uit 3 delen bestaat. In het Engels heb je daar specifieke termen voor, om die 3 delen te benoemen;
- clavicular = sleutelbeen
- Sterno-costal = ribben thv van het sleutelbeen
- Costal = ribben
Het gedeelte van de borstspier met als origo het sleutelbeen wordt ook nog pars clavicularis genoemd. (wat wij de bovenborst noemen)
Het gedeelte van de borstspier met als origo het sterno-costale gedeelte van de borstkas is dus het deel dat over het borstbeen loopt, dus van de 1e tot en met de 5e rib. (wat wij de middenborst noemen)
Dan heb je nog het gedeelte met een origo dat zuiver costaal is, meer precies de 5de rib. (wat wij de onderborst noemen)
Zie ook figuur 2
Voor een hele tijd (en nu nog altijd) hebben de meeste mensen het volgende gedacht;
- Incline werkt de pars clavicularis meer dan de rest
- Vlak werkt de middenborst beter
- Decline werkt vooral de onderborst
Dit is een hele logische manier van denken. Als je een boven-, midden- en onderborst hebt, zul je verschillende hoeken moeten gebruiken om die delen optimaal te belasten. Maar deze opvatting zou heel goed op een misverstand kunnen berusten. Ik zeg zou, want de wetenschap is het nog niet helemaal eens over dit onderwerp. Maar het kan, en moet dus zeker in acht worden genomen. De mensheid zal pas vooruitgaan als we bereid zijn na te denken over zaken die wij aanvankelijk onzin vonden. Een aantal onderzoeken in 1995 en 1997 (Barnett C., Kippers V. & Turner P., 1995 en Glass S.C. & Armstrong T., 1997) werden uitgevoerd om dit eens te onderzoeken.
Die onderzoeken vertelden onder andere het volgende : er werd de activiteit gemeten van de verschillende delen van de pectoralis major bij incline, decline en vlak. de resultaten suggereerden dat de pars clavicularis in de drie standen op dezelfde manier werd aangesproken. Voor het sterno-costale gedeelte maakt de stand eigenlijk ook niet veel uit. Als ik het onderzoek van Glass en Armstrong lees, geeft dit voor mij aan dat het voor het claviculaire gedeelte niet zou uitmaken of je decline of incline drukt want er werden geen significante verschillen opgemerkt tussen de incline en decline variant, aangaande de activatie van de pars clavicularis (“No significant differences were seen in upper pectoral activation between incline and decline bench press"). Maar voor het costale gedeelte was er wel degelijk een verschil ("It is concluded there are variations in the activation of the lower pectoralis major with regard to the angle of bench press"). Het costale gedeelte werkte meer tijdens de decline variant. En dat het voor het sternocostale gedeelte niet uitmaak was uit dat andere onderzoek al naar voren gekomen.
Zo zie je maar dat de "mythe" rond het feit dat de incline bench het claviculaire deel méér laat werken dan vlak of decline zou heel goed op een misverstand kunnen berusten. want zoals gezegd, voor dat deel zou het eigenlijk niets of bijna niets uitmaken. Het verschil zit hem vooral in het costale deel, waar er wel degelijk een verschil is. Dus het is niet het claviculaire deel dat méér werkt, maar simpelweg het costale deel dat minder werkt. Daarom dat mensen die enkel of heel vaak incline drukken, ook een gelijkmatigere groei in hun borst ondervinden, daar ze het onderste deel van de borst minder laten werken.
Barnett, Kippers en Turner P. (1995) concludeerde dan wel dat de pars clavivularis even hard werkte tijdens vlak en incline, maar minder tijdens decline. Hier werd echter niet vermeld of het verschil significant is (bij Armstrong & Glass werd vermeld dat er geen significante verschillen waren). Ook dit moet dus met een korrel zout worden opgenomen. Wel werd er gezegd dat de pars clavicularis meer actief was gedurende een nauwe handgrip.
Omdat ik gewichten hef, ga ik groot worden
Dit is een zinnetje die veel mensen, en vooral vrouwen zeggen. Dit is dan een excuus om niet met zware gewichten trainen “want dat maakt je breed.”
Hoewel het overgrote deel bodybuilders dit heel leuk zouden vinden en het graag zouden willen geloven, is de realiteit heel verschillend. Er komt namelijk véél meer bij kijken als je echt groot wil worden. De neiging om snel spiermassa te winnen is geen automatisch gevolg van het trainen met (zware) gewichten. Dit hangt af van onder andere genetische aanleg en een zeer speciaal type van submaximaal weerstandstraining.
Zoals je weet zijn er verschillende vormen van spiergroei.
- Hyperplasia is een toename in spiermassa door een groter aantal spiervezels. Deze spiergroei is in een volwassen persoon niet groot, integendeel. Maar de wetenschappers denken dat de mogelijkheid tot hyperplasia in weerstandstraining wel degelijk bestaat.
- Myofibrillaire spiergroei. Dit is een vergroting van de spiervezel door een vergroting van de contractiele filamenten. Deze spiergroei is minder snel zichtbaar, maar heeft een impact op kracht (grotere toename in kracht tov massa). Deze spiergroei zie je vooral terug bij powerlifters en gewichtheffers.
- Sarcoplasmische spiergroei. Dit is een vergroting van de spiervezel door een toename van de niet contractiele eiwitten en van de vloeistof tussen de myofibrillen (het sarcoplasme, vandaar de naam). Deze spiergroei heeft geen impact op kracht (grotere toename in massa tov massa). Deze spiergroei zie je vooral terug bij bodybuilders.
Zoals ik hierboven al vertelde, de neiging om snel spiermassa te winnen (sarcoplasmische groei) hangt af van een zeer speciaal type van weerstandstraining. Trouwens, wanneer je regelmatig met zeer zware gewichten traint, kan je niet anders dan weinig herhalingen doen (meestal 1 tot 3 reps) per set. Een dergelijk volume is –zoals veel uit ervaring weten– niet de beste manier om een aanzienlijke spierbulk te produceren.
De meeste bodybuilders hebben ondervonden dat trainen met middelmatige tot middelmatig zware gewichten (60-85% van je 1rm) –dit in tegenstelling tot de zware gewichten van powerlifters en gewichtheffers– een beter manier is om snel en zichtbaar groter te worden. Verder heb je ook nog een overgroot deel van de top bodybuilders die bewust anabole androgene steroiden gebruiken om spiergroei drastisch te versnellen, daar het hun doel is om een zeer massief lichaam te hebben. Gewichtheffers daarentegen trainen vaak met maximale gewichten, en zodus vertonen niet zo’n grote spiergroei, daar kracht en explosiviteit hun eerste doel is, niet massa. Nu moet ik er wel bij zeggen dat het kan. Er zijn genoeg powerlifters die er massiever uitzien dan de doorsnee bodybuilder, en er zijn genoeg bodybuilders die even sterk zijn dan bepaalde powerlifters. Zo zie je maar dat je ook groot kunt worden op myofibrillaire spiergroei, doch het komt veel geringer voor.
Indrukwekkende spiermassa is dus niet het automatisch resultaat van het heffen van gewichten. Het is het gevolg van de juiste genetische eigenschappen, een aangepast trainingsprogramma, nauwkeurig dieet en zeer vaak ook supplementatie met legale of niet legale hulpmiddelen. Dus dames, ga maar gerust trainen, de kans dat je er zal uitzien als een man met borsten is zeer klein.
Trainen met machines is beter dan met vrije gewichten
Zijn machines beter dan vrije gewichten? Ik denk het niet.
Zijn machines noodzakelijk? Slechts in sommige gevallen.
Maar vooraleer ik die conclusies trek (hah, heb ik al gedaan, maar laten we doen alsof), is het misschien best dat ik de twee eens met mekaar vergelijk.
Machines zijn heel populair geworden in een heel korte tijd. De meeste fitnessgyms staan er overvol van. En je ziet dan ook mensen vol overtuiging op die machines werken. Maar waar hebben we het over eigenlijk? Ik heb het over het soort machines die per apparaat een verschillende spier(groep) als doel hebben en jou in een voorbepaalde bewegingsbaan dwingen volgens de beperkingen van de machine. Pulley’s en dergelijke beschouw ik niet als zijnde machines.
De voordelen van de machines ten opzichte van de vrije gewichten zijn behoorlijk miniem. Wanneer zou iemand eigenlijk moeten kiezen voor machines in plaats van vrije gewichten? Wanneer je niet over genoeg controle beschikt om de oefening aan te kunnen. Bijvoorbeeld wanneer je motorisch of mentaal gehandicapt bent. Nu ja, machines zijn inderdaad beter dan gewoon in je zetel te zitten en je glas gin achterover te slaan, maar als je voor de beste resultaten wil gaan als gezonde persoon, zowel in massa als in kracht, dan kan je niet om de vrije gewichten heen.
Mensen die machines maken zijn van mening dat als je een spier zo goed mogelijk wil werken, je enkel die spier zou moeten werken, een geen andere. Machines proberen dus een bepaalde spier volledig te isoleren. Dit wil zeggen dat, naast jou in een voorbepaalde en zodus onnatuurlijke bewegingsbaan te dwingen, machines er voor zorgen dat allerhande stabilisatoren als het ware worden uitgeschakeld. Waardoor de kracht die je op een machine opbouwt geen correcte overdraging heeft naar situaties in het echte leven. Meer nog, op lange termijn kan die gedwongen bewegingsbaan schadelijk izjn voor je gewrichten, daar machines onnodige druk zetten op bepaalde gewrichten. Machines nemen dan ook nog eens enorm veel plaats in, waardoor ze enkel in fitnesscentra geplaatst kunnen worden. Daar komt dan nog eens bij dat je per machine slechts een oefening kan gaan doen. Wil je dus een volledig programma op machines uitvoeren, dan heb je een kleine zaal vol machines nodig. Erg praktisch is het dus ook niet. Machines kunnen wel massa bouwen, maar daar blijft het bij, en dan nog is het resultaat soms niet te vergelijken met vrije gewichten.
Vrije gewichten bouwen véél meer massa. Als athleet moet je een basis opbouwen. En voor de meeste mensen die aan krachttraining doen is het doel massa EN kracht. Machines kunnen massa bouwen, maar je kracht op een machine heeft geen grote betekenis. Het voordeel van vrije gewichten is dat je veel meer spiergroepen aanspreekt, omdat je het gewicht moet stabiliseren. Dit op zich brengt al een betere hormonale respons met zich mee, en de kracht die je op vrije gewichten opbouwt zal ook een veel betere overdracht hebben naar situaties in het dagelijkse leven. Vrije gewichten nemen dan ook veel minder plaats in en met een beetje fantasie, kan je met een stang en een paar haltes al een volledig trainingschema opstellen.
Veiligheid is nog zoiets dat veel mensen als argument aanschuiven om met machines te werken. Maar wat is nu de oorzaak van blessures? De stang die daar ligt? Of de persoon die niet doet wat hij moet doen? Een slechte uitvoering kan je hebben zowel met machines als met vrije gewichten. Dus als je een goede uitvoering hebt, ben je nog altijd beter af met vrije gewichten.
Beginnelingen moeten mijns insziens ook zo min mogelijk op machines werken. Het is belangrijk om een goede basis te hebben. Hoe kan je een stevige wolkenkrabber bouwen als je funderingen al wankel zijn? Het is de bedoeling om de beginneling meteen wegwijs te maken in de wereld van krachttraining, en dat kan je volgens mij niet doen door hem eerst wat te laten ‘spelen’ op machines.
Als je gaat voor kracht en aanverwanten, dan raad ik je machines ten zeerste af.
Als je gaat voor zuiver massa, dan raad ik je aan om je basis rond vrije gewichten te houden, en machines eventueel eens te gebruiken voor variatie.
Als je niet in staat bent om vrije gewichten te gebruiken door een of andere handicap, en je wil toch een aantal spieren versterken, dan zijn machines iets voor jou. Is tenslotte veel beter dan niets.
Zijn machines overbodig? Helemaal niet, maar voor de meeste gezonde mensen zouden ze geen grote plaats mogen innemen in hun training.
Alle ballistische oefeningen kunnen je kwetsen en moeten vermeden worden
Dit zinnetje hoor je vaak van mensen die heel hard geloven dat je een oefening traag moet uitvoeren. Oefeningen zoals de Olympische trekken en stoten en aanverwanten worden door die mensen aanzien als de snelste manier om een blessure. Laat we eerst even een aantal feiten op een rijtje zetten.
- Olympisch heffen is statistisch gezien een van de veiligste sporten ter wereld.
- Alle andere klassieke sporten zijn ballistisch (lopen, basket etc), en kunnen drukken op je gewrichten zetten die groter zijn dan een zware squat of clean.
- Wie veroorzaakt blessures? De onvoorzichtige mens, niet de oefening zelf.
Het is toch raar dat de oefeningen die zogezegd het gevaarlijkst zijn, nu net deel uitmaken van een van de veiligste sporten. Hadden deze personen gelijk, dan mag je bij deze alle klassieke sporten verbieden aan je kinderen, en mag je Olympisch heffen ook uit de Olympische Spelen halen. Does this make sence? Neen, natuurlijk niet. Deze uitspraak is een uitspraak van vrees naar een technische oefening die natuurlijk veel oefening vraagt om die goed te kunnen beheersen. De nummer 1 oorzaak van blessures is vooral een slechte uitvoering. En dit gebeurt overal. Bij lichte en zware gewichten, bij snel en traag tempo, bij machines en vrije gewichten. Ballistische oefeningen zijn zeer nuttige oefeningen die menig athleet naar de top hebben geholpen.
Je lichaam past zich aan. Dus zolang je een goede uitvoering hebt wanneer nodig, zolang je niet overmoedig wordt en zolang je de capaciteit hebt om de oefeningen te doen (en dat is zo bij bijna elke gezonde mens), zie ik geen reden om die oefeningen zomaar af te kraken.
Bodybuilders zijn domme mensen
Dit kan geen onjuistere uitspraak zijn. Overal te wereld, in alle lagen van de bevolking heb je mensen die een lagere intellectuele capaciteit hebben dan andere mensen. Het is normaal dat je in bodybuilding minder snuggere mensen zal tegenkomen. Maar het is niet omdat je aan bodybuilding doet, dat je automatisch dom bent. Integendeel, er kruipt veel werk in het vinden van een goede en doelstreffende trainingschema. Een dieet tot een goed einde brengen vraagt naast veel discipline ook een grote kennis van voeding. Dat je in gym een aantal leeghoofden maar wat ziet zwaaien, of dat je een aantal pro’s hebt die moeilijk kunnen uitleggen wat ze willen vertellen, mag zeker geen reden zijn om iedereen over dezelfde kam te scheren. Domme mensen kom je in alle sporten tegen. Hoe vaak heb je je niet geërgerd aan die professionele voetballers die zich amper kunnen uitdrukken? Vaak zijn die mensen ook mensen die leven voor de sport, en hebben ze in veel gevallen niet veel gestudeerd. Maar ook dit wil niet zeggen dat je dom bent. Ze weten misschien minder, ze hebben misschien minder algemene cultuur, maar die mensen kunnen slimmer zijn dan je denkt.
Dat er achter het hele bodybuilding-gebeuren een deel van narcicisme schuilt, valt niet te betwisten. Je gaat uiteindelijk trainen om je uiterlijk te verzorgen. Maar een zekere mate van oppervlakkigheid mag zeker niet gelinkt worden met domheid. Hoe verklaar je anders dat er zoveel trainers zijn die aan bodybuilding doen? Of dat er zoveel bodybuilders zijn die meer weten over voeding dan bepaalde diëtisten? Of beter nog, dat zoveel van die personen soms beter weten hoe anabolen werken dan de meeste dokters die hen onderzoeken?
Het antwoord is duidelijk, net zoals in alle andere sporten, heb je in bodybuilding slimme en minder slimme mensen; niet alle bodybuilders zijn dom.
Als bodybuilder hoef je niet te toppen, je traint tenslotten niet voor kracht.
Het hoeft niet per se, maar het kan wel heel erg praktisch zijn. Dit misverstand berust op het idee dat massa los staat van kracht. En hoewel massa niet rechtevenredig in verhouding staat met kracht is er zeker een verhouding tussen die twee. Hoe groter je wordt, hoe sterker.
Een van de grootste argumenten tegen toppen is dat het blessures kan opleveren. Je zou wel kunnen denken dat hoe hoger je gaat in gewicht, hoe gevaarlijker het wordt. Maar dit argument valt meteen in duigen wanneer je de lijn doortrekt naar andere disciplines zoals powerlifting en gewichtheffen. Beide sporten behoren tot de veiligste sporten (dwz het kleinste aantal blessures per 100 uren training), en toch wordt er regelmatig met gewichten boven de 90% van een 1rm gewerkt. De meeste mensen gaan ervan uit dat lichter trainen sowieso veiliger is dan zwaar trainen. Maar met een lichter gewicht kan je meer kracht en veel meer druk uitoefenen dan met een zwaar gewicht, tenminste als het lichter gewicht veel sneller wordt verplaatst. Er zijn ook talrijke sporten die meer druk uitoefenen op het lichaam dan zware krachttraining. Lopen kan dus gevaarlijker zijn voor je knieën dan pakweg een 1rm in de squat. En gewicht is niet de enige oorzaak van blessures; ik vind dat de numer 1 boosdoener nog altijd de slechte uitvoering is van bepaalde oefeningen. Met lichte of zware gewichten moet je altijd een goede uitvoering hebben. Ik ken zeer veel mensen die gemakkelijk 200kg squatten of deadliften, maar hun rug blesseren wanneer ze een plaat van 20kg willen opheffen.
Er zijn een aantal richtlijnen die je moet handhaven wanneer je gaat toppen :
- Safety first. Als je gaat toppen in de squat, heb dan genoeg spotters die je kunnen helpen moest het fout lopen.
- Doe het wanneer je sterk staat. Als je in wedstrijdvoorbereiding bent en je bent al veel zwakker dan normaal, ga dan niet voor een 1rm want dat is vragen om problemen.
- Behoud een perfecte uitvoering. Dit is imperatief wanneer je gaat toppen.
Regelmatig toppen (voor een bodybuilder zo’n 2 tot 4 keer per jaar lijkt me genoeg) heeft zeker een praktisch nut voor de mensen die hun trainingen willen plannen en bijhouden. Als je met gewichten traint, past je lichaam zicht aan. En je lichaam past zich onder ander aan door sterker te worden. Als je altijd met dezelfde gewichten traint terwijl je sterker wordt, zwakt het stimulus af tot op een punt waar het bijna geen effect meer zal hebben. Maar als je altijd maar gewicht blijft toevoegen, kan het zijn dat je op een gegeven moment ook op een plateau komt door overtraining. Je trainingsgewichten berekenen en plannen op basis van je 1rm is een goede manier om je training effectiever te maken en om eventuele overtraining te voorkomen.
De enige manier om af te vallen is door middel van aerobische oefeningen.
Dit is een redelijk sterk ingeburgerd misverstand. De meeste fitnesscentra maken ook gebruik van dit misverstand om meer geld te verdienen. Je ziet mensen uren aan een stuk fietsen, lopen en steppen. Maar hoe verklaar je dan dat er talloze bodybuilders of powerlifters zijn die een verschrikkelijk laag vetpercentage hebben, en dit terwijl ze meestal geen of bijna geen arobische activiteiten uitoefenen?
Ook hier is het antwoord simpel; aerobische activiteit is één van de manieren om af te vallen, maar zeker niet de enige. Je moet beginnen bij de basis. Dat is het belangrijkste. De meest doeltreffende manier om af te vallen is dur een aangepast dieet. Een vereiste om af te vallen is door meer te verbruiken dan je zelf inneemt. Dit kan je doen op drie manieren.
- Je behoudt de hoeveelheid Kcal die je tot je neemt, maar je gaat je activiteiten opschroeven om meer Kcal te verbruiken (dit kan je onder andere door aerobische oefeningen te doen, maar je kan gewoon wat vaker trainen ook).
- Je doet net het omgekeerde. Je verandert niets aan je verbruik van Kcal, maar je gaat een tekort creëren door minder te eten.
- Tenslotte kan je beide combineren, wat snel resultaten kan opleven, maar als je overdrijft, kan je ook meer spiermassa verliezen, wat zeker niet gewenst is, daar het vooral je verpercentage is dat je wil verminderen.
Zo zie je maar, als je wilt afvallen hoef je dus helemaal niet eindeloos te fiesten of te steppen. Begin bij een aangepast en evenwichting dieet. Dit moet je basis zijn en van daaruit kan je verder bouwen.
No pain, no gain
Dit zinnetje kan heel misleidend zijn voor beginnelingen en de interpretatie ervan kan soms ernstige gevolgen hebben. Ik denk dat het meer slecht dan goed heeft gedaan. Ik geloof niet dat je steeds je grenzen moet betasten om vooruit gaan. Ik weet dat het moeilijk is om te aanvaarden wanneer je zelf jarenlang hebt gehoord : “No pain no gain!”
Als je een oefening uitvoert, en je ervaart pijn of ongemak, dan is dit meestal een noodsignaal van je lichaam om onmiddellijk te stoppen en je uitvoering eens goed onder de loep te nemen. Pijn is niet fijn en pijn negeren kan resulteren in soms ernstige blessures (ingescheurde borstspier tijdens forced reps in de bench press anyone?).
Verder heb je ook nog het branderig gevoel dat je krijgt door verzuring. Als je met een zware set bezig bent en wil dit ook zeggen dat je vermoeid wordt en dat je waarschijnlijk je limiet nadert. Opnieuw, als je altijd tot deze limiet of voorbij deze limiet gaat, dan loop je nog meer risico op een blessure. Ik ben onlangs op een onderzoek gestoten dat zelfs suggereerde dat vermoeidheid geen vereiste is om sterker te worden. In dit onderzoek moesten twee groepen een totaal volume van 40 reps uitvoeren op een oefening. Het gebruikte gewicht bedroeg 73% van hun 1rm De ene groep moest dit doen in 4 sets van 10 reps met 30 seconden rust, en de andere groep deed 40 singles (1 rep per set) met telkens 30 seconden rust tussen de reps. Na negen weken vertoonden de twee groepen ongeveer dezelfde toename in kracht. Het is dus misschien een goed id om eens niet tot failure te trainen, en wat zwaarder en voor wat minder reps maar wat meer sets, ik denk dat het je zeker goed zal doen.
DOMS (Delayed Onset Muscle Soreness) is ook zo’n beest waar velen met plezier over spreken. Meestal wordt DOMS beschouwd als een teken dat je goed getraind hebt. Ik geloof enkel dat je herstel vertraagd wordt door DOMS. Het is dan meestal een teken dat je teveel hebt gedaan en zodus veel langer moet herstellen, waardoor je frequentie ook nog eens teruggeschroefd moet worden. En dan heb je nog niet de garantie dat je beter vooruitgaat dan de persoon die minder of geen spierpijn ervaart. De raad die ik meestal geef is : train niet met het oog op DOMS, failure etc etc. Dit zijn dingen die zouden moeten gebeuren, maar ze mogen geen vast waarden zijn in je training. Als je dan al DOMS hebt (ik heb dat ook soms), is de beste manier om met een licht gewicht te trainen doorheen de dag en met hoge reps en weinig of geen weerstand.
Ik wil nu niet zeggen dat je jezelf nooit moet pushen, helemaal niet. Je moet af en toe je grenzen aftasten, dat wel. En je moet het jezelf wel moeilijk maken. Maar dit wil niet zeggen dat je altijd moet doorgaan tot je het gevoel hebt dat je oogballen als knikkers op de grond zullen vallen.
Incline is voor bovenborst, decline of voor onderborst
Eventjes een les in biologie : Je hebt de pectoralis major. (Zie foto)
Goed, kijk nu goed naar de origo's (waar de spier haar aanhechting heeft aan de borstkas). Als je dit ziet merk je dat de borstspier zich hecht aan 3 delen van de borstkas. Je kan merken dat de pectoralis major uit 3 delen bestaat. In het Engels heb je daar specifieke termen voor, om die 3 delen te benoemen;
- clavicular = sleutelbeen
- Sterno-costal = ribben thv van het sleutelbeen
- Costal = ribben
Het gedeelte van de borstspier met als origo het sleutelbeen wordt ook nog pars clavicularis genoemd. (wat wij de bovenborst noemen)
Het gedeelte van de borstspier met als origo het sterno-costale gedeelte van de borstkas is dus het deel dat over het borstbeen loopt, dus van de 1e tot en met de 5e rib. (wat wij de middenborst noemen)
Dan heb je nog het gedeelte met een origo dat zuiver costaal is, meer precies de 5de rib. (wat wij de onderborst noemen)
Zie ook figuur 2
Voor een hele tijd (en nu nog altijd) hebben de meeste mensen het volgende gedacht;
- Incline werkt de pars clavicularis meer dan de rest
- Vlak werkt de middenborst beter
- Decline werkt vooral de onderborst
Dit is een hele logische manier van denken. Als je een boven-, midden- en onderborst hebt, zul je verschillende hoeken moeten gebruiken om die delen optimaal te belasten. Maar deze opvatting zou heel goed op een misverstand kunnen berusten. Ik zeg zou, want de wetenschap is het nog niet helemaal eens over dit onderwerp. Maar het kan, en moet dus zeker in acht worden genomen. De mensheid zal pas vooruitgaan als we bereid zijn na te denken over zaken die wij aanvankelijk onzin vonden. Een aantal onderzoeken in 1995 en 1997 (Barnett C., Kippers V. & Turner P., 1995 en Glass S.C. & Armstrong T., 1997) werden uitgevoerd om dit eens te onderzoeken.
Die onderzoeken vertelden onder andere het volgende : er werd de activiteit gemeten van de verschillende delen van de pectoralis major bij incline, decline en vlak. de resultaten suggereerden dat de pars clavicularis in de drie standen op dezelfde manier werd aangesproken. Voor het sterno-costale gedeelte maakt de stand eigenlijk ook niet veel uit. Als ik het onderzoek van Glass en Armstrong lees, geeft dit voor mij aan dat het voor het claviculaire gedeelte niet zou uitmaken of je decline of incline drukt want er werden geen significante verschillen opgemerkt tussen de incline en decline variant, aangaande de activatie van de pars clavicularis (“No significant differences were seen in upper pectoral activation between incline and decline bench press"). Maar voor het costale gedeelte was er wel degelijk een verschil ("It is concluded there are variations in the activation of the lower pectoralis major with regard to the angle of bench press"). Het costale gedeelte werkte meer tijdens de decline variant. En dat het voor het sternocostale gedeelte niet uitmaak was uit dat andere onderzoek al naar voren gekomen.
Zo zie je maar dat de "mythe" rond het feit dat de incline bench het claviculaire deel méér laat werken dan vlak of decline zou heel goed op een misverstand kunnen berusten. want zoals gezegd, voor dat deel zou het eigenlijk niets of bijna niets uitmaken. Het verschil zit hem vooral in het costale deel, waar er wel degelijk een verschil is. Dus het is niet het claviculaire deel dat méér werkt, maar simpelweg het costale deel dat minder werkt. Daarom dat mensen die enkel of heel vaak incline drukken, ook een gelijkmatigere groei in hun borst ondervinden, daar ze het onderste deel van de borst minder laten werken.
Barnett, Kippers en Turner P. (1995) concludeerde dan wel dat de pars clavivularis even hard werkte tijdens vlak en incline, maar minder tijdens decline. Hier werd echter niet vermeld of het verschil significant is (bij Armstrong & Glass werd vermeld dat er geen significante verschillen waren). Ook dit moet dus met een korrel zout worden opgenomen. Wel werd er gezegd dat de pars clavicularis meer actief was gedurende een nauwe handgrip.
Omdat ik gewichten hef, ga ik groot worden
Dit is een zinnetje die veel mensen, en vooral vrouwen zeggen. Dit is dan een excuus om niet met zware gewichten trainen “want dat maakt je breed.”
Hoewel het overgrote deel bodybuilders dit heel leuk zouden vinden en het graag zouden willen geloven, is de realiteit heel verschillend. Er komt namelijk véél meer bij kijken als je echt groot wil worden. De neiging om snel spiermassa te winnen is geen automatisch gevolg van het trainen met (zware) gewichten. Dit hangt af van onder andere genetische aanleg en een zeer speciaal type van submaximaal weerstandstraining.
Zoals je weet zijn er verschillende vormen van spiergroei.
- Hyperplasia is een toename in spiermassa door een groter aantal spiervezels. Deze spiergroei is in een volwassen persoon niet groot, integendeel. Maar de wetenschappers denken dat de mogelijkheid tot hyperplasia in weerstandstraining wel degelijk bestaat.
- Myofibrillaire spiergroei. Dit is een vergroting van de spiervezel door een vergroting van de contractiele filamenten. Deze spiergroei is minder snel zichtbaar, maar heeft een impact op kracht (grotere toename in kracht tov massa). Deze spiergroei zie je vooral terug bij powerlifters en gewichtheffers.
- Sarcoplasmische spiergroei. Dit is een vergroting van de spiervezel door een toename van de niet contractiele eiwitten en van de vloeistof tussen de myofibrillen (het sarcoplasme, vandaar de naam). Deze spiergroei heeft geen impact op kracht (grotere toename in massa tov massa). Deze spiergroei zie je vooral terug bij bodybuilders.
Zoals ik hierboven al vertelde, de neiging om snel spiermassa te winnen (sarcoplasmische groei) hangt af van een zeer speciaal type van weerstandstraining. Trouwens, wanneer je regelmatig met zeer zware gewichten traint, kan je niet anders dan weinig herhalingen doen (meestal 1 tot 3 reps) per set. Een dergelijk volume is –zoals veel uit ervaring weten– niet de beste manier om een aanzienlijke spierbulk te produceren.
De meeste bodybuilders hebben ondervonden dat trainen met middelmatige tot middelmatig zware gewichten (60-85% van je 1rm) –dit in tegenstelling tot de zware gewichten van powerlifters en gewichtheffers– een beter manier is om snel en zichtbaar groter te worden. Verder heb je ook nog een overgroot deel van de top bodybuilders die bewust anabole androgene steroiden gebruiken om spiergroei drastisch te versnellen, daar het hun doel is om een zeer massief lichaam te hebben. Gewichtheffers daarentegen trainen vaak met maximale gewichten, en zodus vertonen niet zo’n grote spiergroei, daar kracht en explosiviteit hun eerste doel is, niet massa. Nu moet ik er wel bij zeggen dat het kan. Er zijn genoeg powerlifters die er massiever uitzien dan de doorsnee bodybuilder, en er zijn genoeg bodybuilders die even sterk zijn dan bepaalde powerlifters. Zo zie je maar dat je ook groot kunt worden op myofibrillaire spiergroei, doch het komt veel geringer voor.
Indrukwekkende spiermassa is dus niet het automatisch resultaat van het heffen van gewichten. Het is het gevolg van de juiste genetische eigenschappen, een aangepast trainingsprogramma, nauwkeurig dieet en zeer vaak ook supplementatie met legale of niet legale hulpmiddelen. Dus dames, ga maar gerust trainen, de kans dat je er zal uitzien als een man met borsten is zeer klein.
Trainen met machines is beter dan met vrije gewichten
Zijn machines beter dan vrije gewichten? Ik denk het niet.
Zijn machines noodzakelijk? Slechts in sommige gevallen.
Maar vooraleer ik die conclusies trek (hah, heb ik al gedaan, maar laten we doen alsof), is het misschien best dat ik de twee eens met mekaar vergelijk.
Machines zijn heel populair geworden in een heel korte tijd. De meeste fitnessgyms staan er overvol van. En je ziet dan ook mensen vol overtuiging op die machines werken. Maar waar hebben we het over eigenlijk? Ik heb het over het soort machines die per apparaat een verschillende spier(groep) als doel hebben en jou in een voorbepaalde bewegingsbaan dwingen volgens de beperkingen van de machine. Pulley’s en dergelijke beschouw ik niet als zijnde machines.
De voordelen van de machines ten opzichte van de vrije gewichten zijn behoorlijk miniem. Wanneer zou iemand eigenlijk moeten kiezen voor machines in plaats van vrije gewichten? Wanneer je niet over genoeg controle beschikt om de oefening aan te kunnen. Bijvoorbeeld wanneer je motorisch of mentaal gehandicapt bent. Nu ja, machines zijn inderdaad beter dan gewoon in je zetel te zitten en je glas gin achterover te slaan, maar als je voor de beste resultaten wil gaan als gezonde persoon, zowel in massa als in kracht, dan kan je niet om de vrije gewichten heen.
Mensen die machines maken zijn van mening dat als je een spier zo goed mogelijk wil werken, je enkel die spier zou moeten werken, een geen andere. Machines proberen dus een bepaalde spier volledig te isoleren. Dit wil zeggen dat, naast jou in een voorbepaalde en zodus onnatuurlijke bewegingsbaan te dwingen, machines er voor zorgen dat allerhande stabilisatoren als het ware worden uitgeschakeld. Waardoor de kracht die je op een machine opbouwt geen correcte overdraging heeft naar situaties in het echte leven. Meer nog, op lange termijn kan die gedwongen bewegingsbaan schadelijk izjn voor je gewrichten, daar machines onnodige druk zetten op bepaalde gewrichten. Machines nemen dan ook nog eens enorm veel plaats in, waardoor ze enkel in fitnesscentra geplaatst kunnen worden. Daar komt dan nog eens bij dat je per machine slechts een oefening kan gaan doen. Wil je dus een volledig programma op machines uitvoeren, dan heb je een kleine zaal vol machines nodig. Erg praktisch is het dus ook niet. Machines kunnen wel massa bouwen, maar daar blijft het bij, en dan nog is het resultaat soms niet te vergelijken met vrije gewichten.
Vrije gewichten bouwen véél meer massa. Als athleet moet je een basis opbouwen. En voor de meeste mensen die aan krachttraining doen is het doel massa EN kracht. Machines kunnen massa bouwen, maar je kracht op een machine heeft geen grote betekenis. Het voordeel van vrije gewichten is dat je veel meer spiergroepen aanspreekt, omdat je het gewicht moet stabiliseren. Dit op zich brengt al een betere hormonale respons met zich mee, en de kracht die je op vrije gewichten opbouwt zal ook een veel betere overdracht hebben naar situaties in het dagelijkse leven. Vrije gewichten nemen dan ook veel minder plaats in en met een beetje fantasie, kan je met een stang en een paar haltes al een volledig trainingschema opstellen.
Veiligheid is nog zoiets dat veel mensen als argument aanschuiven om met machines te werken. Maar wat is nu de oorzaak van blessures? De stang die daar ligt? Of de persoon die niet doet wat hij moet doen? Een slechte uitvoering kan je hebben zowel met machines als met vrije gewichten. Dus als je een goede uitvoering hebt, ben je nog altijd beter af met vrije gewichten.
Beginnelingen moeten mijns insziens ook zo min mogelijk op machines werken. Het is belangrijk om een goede basis te hebben. Hoe kan je een stevige wolkenkrabber bouwen als je funderingen al wankel zijn? Het is de bedoeling om de beginneling meteen wegwijs te maken in de wereld van krachttraining, en dat kan je volgens mij niet doen door hem eerst wat te laten ‘spelen’ op machines.
Als je gaat voor kracht en aanverwanten, dan raad ik je machines ten zeerste af.
Als je gaat voor zuiver massa, dan raad ik je aan om je basis rond vrije gewichten te houden, en machines eventueel eens te gebruiken voor variatie.
Als je niet in staat bent om vrije gewichten te gebruiken door een of andere handicap, en je wil toch een aantal spieren versterken, dan zijn machines iets voor jou. Is tenslotte veel beter dan niets.
Zijn machines overbodig? Helemaal niet, maar voor de meeste gezonde mensen zouden ze geen grote plaats mogen innemen in hun training.
Alle ballistische oefeningen kunnen je kwetsen en moeten vermeden worden
Dit zinnetje hoor je vaak van mensen die heel hard geloven dat je een oefening traag moet uitvoeren. Oefeningen zoals de Olympische trekken en stoten en aanverwanten worden door die mensen aanzien als de snelste manier om een blessure. Laat we eerst even een aantal feiten op een rijtje zetten.
- Olympisch heffen is statistisch gezien een van de veiligste sporten ter wereld.
- Alle andere klassieke sporten zijn ballistisch (lopen, basket etc), en kunnen drukken op je gewrichten zetten die groter zijn dan een zware squat of clean.
- Wie veroorzaakt blessures? De onvoorzichtige mens, niet de oefening zelf.
Het is toch raar dat de oefeningen die zogezegd het gevaarlijkst zijn, nu net deel uitmaken van een van de veiligste sporten. Hadden deze personen gelijk, dan mag je bij deze alle klassieke sporten verbieden aan je kinderen, en mag je Olympisch heffen ook uit de Olympische Spelen halen. Does this make sence? Neen, natuurlijk niet. Deze uitspraak is een uitspraak van vrees naar een technische oefening die natuurlijk veel oefening vraagt om die goed te kunnen beheersen. De nummer 1 oorzaak van blessures is vooral een slechte uitvoering. En dit gebeurt overal. Bij lichte en zware gewichten, bij snel en traag tempo, bij machines en vrije gewichten. Ballistische oefeningen zijn zeer nuttige oefeningen die menig athleet naar de top hebben geholpen.
Je lichaam past zich aan. Dus zolang je een goede uitvoering hebt wanneer nodig, zolang je niet overmoedig wordt en zolang je de capaciteit hebt om de oefeningen te doen (en dat is zo bij bijna elke gezonde mens), zie ik geen reden om die oefeningen zomaar af te kraken.
Laatst bewerkt door een moderator: