Een bijwerking van het gebruik van androgene anabole steroïden (AAS) is een verhoging van het hematocriet. Het hematocriet is het percentage van je bloed dat bestaat uit rodebloedcellen. Als je hematocriet een waarde heeft van 50%, dan betekent dat dat 50% van je bloed bestaat uit rodebloedcellen. Normaal gesproken ligt de hematocrietwaarde zo tussen de 41 en 51%.
Des te hoger je hematocrietwaarde, des te viskeuzer ('dikker') je bloed is. Dit verhoogt de kans op veneuze trombose: de vorming van een bloedstolsel in de aders. Hierdoor raakt de bloedstroom geblokkeerd wat pijn kan geven in het betreffende lichaamsdeel. Ook kan zo'n bloedstolsel losschieten waardoor een longembolie kan ontstaan, dat kan levensgevaarlijk zijn.
De stijging van het hematocriet door AAS-gebruik zie je zelfs bij lage doseringen. Het is de meestvoorkomende bijwerking geassocieerd met testosteronsubstitutietherapie (TRT). Gezien de stijging in het hematocriet dosisafhankelijk is, kun je je voorstellen dat het ook vaak voorkomt bij AAS-gebruikers die hoge doseringen zetten.
Concreet zijn er enkele dingen die je zou moeten weten:
1. De stijging in het hematocriet is dosisafhankelijk, dus hoe hoger de dosis hoe hoger je hematocriet zal stijgen (tot een grens natuurlijk; resultaten van de HAARLEM-studie suggereren dat dit afvlakt bij zo'n 500 mg wekelijks).
2. AAS met een korte ester leiden tot een grotere stijging dan gebruik van AAS met een lange ester; bij TRT. In hoeverre dit opgaat bij suprafysiologische doseringen is niet duidelijk, maar het is iets om in het achterhoofd te houden.
3. Het duurt minstens zo'n 3 tot 4 maanden op een bepaalde dosering van AAS voordat het hematocriet ongeveer zal stoppen met stijgen. Als je dus je hematocrietwaarde meet na één of twee maanden gebruik, kun je er vrij zeker van zijn dat deze nog verder zal stijgen. Je moet dus langer wachten om een betrouwbaar beeld te krijgen.
4. Het duurt enkele maanden voordat je hematocriet weer gedaald is bij een verlaging van de dosering of bij het stoppen van AAS.
5. Iedere 5% stijging van het hematocriet geeft een risicostijging van 33% op veneuze trombo-embolie. het jaarlijkse risico bij een hematocriet van 43-46% is 0.16%. Je kunt van daaruit dus het risico berekenen voor hogere percentages. (Het is niet waarschijnlijk dat je dit tot in het oneindige kunt doen; bij 80% zul je niet zo'n lang leven beschoren zijn natuurlijk).
6. De richtlijnen van The Endocrine Society omtrent TRT bevelen aan om te stoppen met TRT wanneer het hematocriet de waarde van 54% overstijgt en raden af om TRT te starten wanneer het hematocriet bij aanvang een waarde van 48% heeft (of 50% bij leven op hoogte).
7. De hematocrietstijging door AAS-gebruik is prominenter bij ouderen.
Hoe te behandelen als je hematocriet te hoog is? In principe zijn er drie dingen die de ronde doen:
1. Dosering verlagen
2. Lage dosering (100 mg dagelijks) acetylsalicylzuur (aspirine) slikken
3. Bloeddonatie of therapeutische aderlating (phlebotomy)
Punt 1 zal niet bij iedereen in de smaak vallen. Ook duurt het enkele maanden voordat je het volledige effect ervan in je bloedwaarde terugziet. Het vereist dus wat tijd voordat je weet welke dosering 'goed' voor je is m.b.t. het hematocriet.
Punt 2 is af te raden wanneer er geen andere risicofactoren zijn voor trombose. Acetylsalicylzuurgebruik verlaagt niet het hematocriet maar maakt het moeilijker voor het bloed om te stollen. De keerzijde hiervan is dat je dus ook makkelijker bloedt (ook inwendig!). De huidige stand van zaken is dat acetylsalicylzuurgebruik af te raden is bij de primaire preventie van cardiovasculaire aandoeningen. Dat wil zeggen; als je niks anders mankeert moet je het niet doen. Het weegt niet op tegen dat kleine verhoogde risico op veneuze trombo-embolie door een (vaak milde) verhoging van het hematocriet. Tevens is er tijdelijk een verhoogd risico op trombose na stoppen van de acetylsalicylzuur (rebound-effect).
Punt 3 werkt, maar het ligt een beetje genuanceerd. Je kunt in Nederland vijfmaal per jaar bloed doneren. Dit is lang niet voor iedere AAS-gebruiker genoeg om het hematocriet voortdurend laag genoeg te houden. Je zou dan met je arts moeten overleggen of je het vaker kunt doen; phlebotomy. Keerzijde hiervan is weer dat je het risico loopt op ijzerdepletie. Suppleer hiervoor ijzer: 37.5 mg elementair ijzer dagelijks. (Het zorgt er wel voor dat je hematocriet ook weer wat sneller terugstijgt, dus vindt hier een modus in.)
Des te hoger je hematocrietwaarde, des te viskeuzer ('dikker') je bloed is. Dit verhoogt de kans op veneuze trombose: de vorming van een bloedstolsel in de aders. Hierdoor raakt de bloedstroom geblokkeerd wat pijn kan geven in het betreffende lichaamsdeel. Ook kan zo'n bloedstolsel losschieten waardoor een longembolie kan ontstaan, dat kan levensgevaarlijk zijn.
De stijging van het hematocriet door AAS-gebruik zie je zelfs bij lage doseringen. Het is de meestvoorkomende bijwerking geassocieerd met testosteronsubstitutietherapie (TRT). Gezien de stijging in het hematocriet dosisafhankelijk is, kun je je voorstellen dat het ook vaak voorkomt bij AAS-gebruikers die hoge doseringen zetten.
Concreet zijn er enkele dingen die je zou moeten weten:
1. De stijging in het hematocriet is dosisafhankelijk, dus hoe hoger de dosis hoe hoger je hematocriet zal stijgen (tot een grens natuurlijk; resultaten van de HAARLEM-studie suggereren dat dit afvlakt bij zo'n 500 mg wekelijks).
2. AAS met een korte ester leiden tot een grotere stijging dan gebruik van AAS met een lange ester; bij TRT. In hoeverre dit opgaat bij suprafysiologische doseringen is niet duidelijk, maar het is iets om in het achterhoofd te houden.
3. Het duurt minstens zo'n 3 tot 4 maanden op een bepaalde dosering van AAS voordat het hematocriet ongeveer zal stoppen met stijgen. Als je dus je hematocrietwaarde meet na één of twee maanden gebruik, kun je er vrij zeker van zijn dat deze nog verder zal stijgen. Je moet dus langer wachten om een betrouwbaar beeld te krijgen.
4. Het duurt enkele maanden voordat je hematocriet weer gedaald is bij een verlaging van de dosering of bij het stoppen van AAS.
5. Iedere 5% stijging van het hematocriet geeft een risicostijging van 33% op veneuze trombo-embolie. het jaarlijkse risico bij een hematocriet van 43-46% is 0.16%. Je kunt van daaruit dus het risico berekenen voor hogere percentages. (Het is niet waarschijnlijk dat je dit tot in het oneindige kunt doen; bij 80% zul je niet zo'n lang leven beschoren zijn natuurlijk).
6. De richtlijnen van The Endocrine Society omtrent TRT bevelen aan om te stoppen met TRT wanneer het hematocriet de waarde van 54% overstijgt en raden af om TRT te starten wanneer het hematocriet bij aanvang een waarde van 48% heeft (of 50% bij leven op hoogte).
7. De hematocrietstijging door AAS-gebruik is prominenter bij ouderen.
Hoe te behandelen als je hematocriet te hoog is? In principe zijn er drie dingen die de ronde doen:
1. Dosering verlagen
2. Lage dosering (100 mg dagelijks) acetylsalicylzuur (aspirine) slikken
3. Bloeddonatie of therapeutische aderlating (phlebotomy)
Punt 1 zal niet bij iedereen in de smaak vallen. Ook duurt het enkele maanden voordat je het volledige effect ervan in je bloedwaarde terugziet. Het vereist dus wat tijd voordat je weet welke dosering 'goed' voor je is m.b.t. het hematocriet.
Punt 2 is af te raden wanneer er geen andere risicofactoren zijn voor trombose. Acetylsalicylzuurgebruik verlaagt niet het hematocriet maar maakt het moeilijker voor het bloed om te stollen. De keerzijde hiervan is dat je dus ook makkelijker bloedt (ook inwendig!). De huidige stand van zaken is dat acetylsalicylzuurgebruik af te raden is bij de primaire preventie van cardiovasculaire aandoeningen. Dat wil zeggen; als je niks anders mankeert moet je het niet doen. Het weegt niet op tegen dat kleine verhoogde risico op veneuze trombo-embolie door een (vaak milde) verhoging van het hematocriet. Tevens is er tijdelijk een verhoogd risico op trombose na stoppen van de acetylsalicylzuur (rebound-effect).
Punt 3 werkt, maar het ligt een beetje genuanceerd. Je kunt in Nederland vijfmaal per jaar bloed doneren. Dit is lang niet voor iedere AAS-gebruiker genoeg om het hematocriet voortdurend laag genoeg te houden. Je zou dan met je arts moeten overleggen of je het vaker kunt doen; phlebotomy. Keerzijde hiervan is weer dat je het risico loopt op ijzerdepletie. Suppleer hiervoor ijzer: 37.5 mg elementair ijzer dagelijks. (Het zorgt er wel voor dat je hematocriet ook weer wat sneller terugstijgt, dus vindt hier een modus in.)
Laatst bewerkt: