De spiercontractie
Het aanspannen van een spier wordt een spiercontractie genoemd. Tijdens een contractie kan een spier korter worden (concentrische contractie) of langer (excentrische contractie). Elke herhaling bij krachttraining bestaat uit zowel een concentrische (het gewicht wordt omhoog verplaatst) als een excentrische (het gewicht beweegt met de zwaartekracht mee) contractie. Het excentrische deel van een herhaling blijkt voor spierkracht en spiergroei van meer waarde dan het concentrische deel. Hierdoor wordt soms beweerd dat het terug laten zakken van het gewicht, langer zou moeten duren dan het optillen ervan (bijvoorbeeld 2 seconden op en 4 seconden neer). De nadruk leggen op de excentrische fase gaat echter ten koste van de intensiteit van de herhaling. Dit komt doordat een spier excentrisch veel meer kracht kan leveren dan concentrisch. Je kunt een zwaarder gewicht makkelijker met de zwaartekracht mee, dan tegen de zwaartekracht in, verplaatsen. De concentrische kracht van de spier bepaalt daarom het resistance maximum of 1 RM en een langere excentrische fase brengt dus een zekere “rust” met zich mee. De enige juiste manier om de excentrische fase te benadrukken, is het met een zwaarder gewicht terugbewegen. Deze methode is echter praktisch niet uitvoerbaar tenzij er speciale apparatuur voor ontwikkeld wordt.
Hoewel de excentrische fase niet te lang mag duren, is deze onmisbaar voor het opbouwen van een steeds hogere intensiteit. Je kunt een gewicht namelijk altijd nog laten zakken als je het op een gegeven moment niet meer kunt tillen. Bovendien is het rekken van de spier, dat tijdens de excentrische fase plaatsvindt, de prikkel voor het zenuwstelsel voor het ontwikkelen van een intense spiercontractie. De excentrische fase mag daarom ook niet uitblijven of te kort duren.