Sport is ongezond - Humo
--------------------------------------------------------------------------------
In de laatste humo van 12/9/06 staat een interview met Midas Dekkers, een Nederlandse bioloog. Hij beweert dat sporten de mens meer schaadt dan goed doet, en doet in het artikel zelf toch wel enkele straffe uitspraken. Op de site van Humo staat een kleine inleiding over het interview:
'Sporten is een ziekte. Iedere atleet is een patiënt.'
Nederlands bekendste bioloog heeft zopas een nieuw boek geschreven, 'Lichamelijke oefening' (Uitgeverij Contact), waarin hij korte metten maakt met de overtuiging dat sport goed is voor een mens: 'Dieren doen niet aan sport en zijn toch zo fris als een hoentje. Misschien moeten we eens wat meer laten en minder doen.'
'Iedere keer schrik je toch weer,' aldus Midas Dekkers. 'Je wandelt in het bos. Aangemoedigd door de zon in de takken, het gejubel van de merels, een vroege hommel, staan je ogen en oren wijd open, en vooral ook je hart. Verzoend met het bestaan heb je filters en veiligheden uitgeschakeld om de natuur beter in je op te zuigen. En dan gebeurt het. In een flits van foute kleuren word je omvergelopen door de lelijkheid in mensengedaante, puffend als een lekke band, de blik dof als een beslagen bril. Homo adidas. Een gekraak van takken, een vette hijg in je oor en daar hobbezakt hij alweer verder. Laatst weer. Verbijsterd keek ik hem na. Op de rug van zijn trainingspak stond zijn artikel des geloofs: survival of the fittest. Hoe dom kan een mens zich sporten!'
Nederlands bekendste bioloog heeft zopas een nieuw boek geschreven, 'Lichamelijke oefening' (Uitgeverij Contact), waarin hij korte metten maakt met de overtuiging dat sport goed is voor een mens. Als u hem niet gelooft, nog een citaat: 'Dieren doen niet aan sport en zijn toch zo fris als een hoentje. Misschien moeten we eens wat meer laten en minder doen.'
HUMO Uw afkeer van sport en gymnastiek druipt van elke pagina. Het kan niet anders of daar schuilt een groot jeugdtrauma achter.
MIDAS DEKKERS « Ik houd inderdaad heel slechte herinneringen over aan mijn schooltijd, toen ik verplicht werd twee of drie uur per week te turnen. De lijfstraffen waren allang afgeschaft, maar ik vond gymnastiek persoonlijk een veel grotere marteling dan een stevig pak slaag. Je werd gedwongen je lichaam in de meest onnatuurlijke bochten te wringen, over bokken te springen, in rekken te klimmen, rare pasjes te maken, te hardlopen tot je pufte en te voetballen tot je viel.
Maar het ergste voor jongetjes van mijn postuur was de wraak die de neanderthalers uit de klas tijdens de turnles op de bollebozen konden nemen. De allergrootste neanderthalers vonden ons - de kleine jongetjes met brilletjes - zielig en lieten ons met rust, maar de nét niet allergrootsten, die binnen de hiërarchie van de neanderthalers problemen hadden en dat niet met de andere neanderthalers konden uitvechten, namen ons heel graag te grazen onder het mom van een sportief spelletje voetbal. Ik heb heel vaak gehuild omdat ik niet graag naar school ging, maar ik huilde gegarandeerd iedere avond voor de gymnastiekles. Ik hoef vandaag maar het linoleum van een gymnastiekzaal te ruiken en ik herinner me, alsof het gisteren was, de panische angst van toen.»
Zoals ik al zei, in het interview zelf doet hij enkele uitspraken zoals:
"In de fitnessclub is het ideaal: een beter lijf. Maar daar is het te laat voor. Ons bouwplan is genetisch vastgelegd: voor echte veranderingen is het bij je geboorte al te laat. Meer dan een derde van je aangeboren vermogen train je er nooit bij."
Over de paralympics: "Wat is dat nu toch voor een merkwaardig masochisme om uit te willen blinken in dat wat je nu net niet kunt?"
"Of je nu tien kilometer hardloopt of tien kilometer wandelt; het vreet evenveel calorieën, je hebt immers evenveel arbeid verricht."
"Dat klopt. Zodra ze de bal erin hebben of het record is gebroken, barsten sporters uit in een bezeten vreugde. Voetballers bespringen elkaar als geile bavianen, zwemmers verdrinken bijna in hun overwinningsroes. Dwaas zwaaien de helden met hun bloemen op het ereschavot, als een kleuter met zijn tekening. Heeft hun moeder hen dan geen bescheidenheid bijgebracht?"
en een laatste:
"Maar niets doen kost óók energie: da's handig om te weten voor mensen die willen afvallen. Al span je je nog zo in, de helft van wat je afvalt komt van niks doen."
Alle citaten zijn letterlijk, en voor alle duidelijkheid: ik ga absoluut niet akkoord met deze man. Wat vinden jullie hier van, heeft hij een punt? Of is het gewoon een gefrustreerde oude gek?