Wetenschappers buigen zich over Hendrikje
GRONINGEN - Onmiddellijk nadat dinsdag haar dood officieel was vastgesteld, is het lichaam van Hendrikje van Andel-Schipper (115) naar de Rijksuniversiteit Groningen (RuG) overgebracht. Al meer dan dertig jaar geleden stelde de Hoogeveense haar lichaam ter beschikking aan de wetenschap. Hersenonderzoeker Holstege wil met de overledene aantonen dat ouderdom niet automatisch leidt tot ziektes als Parkinson en Alzheimer.
Het draaiboek lag al jaren op de plank: medewerkers van verzorgingshuis De Westerkim, waar 's werelds oudste woonde, belden direct met de uitvaartondernemer, nadat de huisarts haar overlijden had geconstateerd. Ook werden de onderzoekers van de universiteit meteen verwittigd. De uitvaartverzorger haastte zich van Hoogeveen naar Groningen waar de wetenschappers het lichaam van de overledene ongeveer een uur later ontvingen om zo snel mogelijk het bloed in haar aderen te vervangen met een speciale vloeistof, om stolling te voorkomen.
"Snelheid was op dat moment cruciaal", legt hoogleraar en onderzoeksleider Holstege uit. "Stofjes in het lichaam moeten zo min mogelijk de kans krijgen te ontsnappen."
Wetenschappers krijgen voor het eerst deze kans. Nooit eerder kregen onderzoekers zo'n oud lichaam onder het mes. Vooral het hart, de nieren en hersenen van Hendrikje van Andel-Schipper kunnen rekenen op grote belangstelling.
De hoogbejaarde was bijna blind maar mankeerde verder niets, vertelt Holstege die haar sinds het najaar van 2002 kende, regelmatig bezocht en aan tests onderwierp. Stomverbaasd was de hoogleraar over haar goede geheugen en bovengemiddelde intelligentie en diep onder de indruk van haar goede gezondheid, ideale bloeddruk en regelmatige hartslag. "Onze interesse begreep ze maar al te goed. Over het nut hoefde je haar niets uit te leggen. En al die aandacht, ze vond het fantastisch."
Ouderdom hoeft niet per definitie tot ziektes te leiden, luidt de aanname als een persoon van 115 jaar overlijdt zonder enig ernstig gebrek. "Een belangrijke ontdekking", voorziet Holstege. "Het betekent dat ziekte een afwijking is, en een afwijking kan en moet je bestrijden", benadrukt de Groningse professor.
Tientallen onderzoeken zullen Holstege en zijn collega's in de komende maanden uitvoeren op de organen van Hendrikje van Andel-Schipper. Eerst gaan de wetenschappers op zoek naar grove afwijkingen om op microscopisch onderzoeksniveau te eindigen. "Als het goed is, ontdekken we niets."
Tot haar 106e levensjaar woonde de hoogbejaarde Hoogeveense op zichzelf tot visuele problemen haar dwongen tot verhuizing naar een woning met begeleiding. Verklaringen voor haar torenhoge leeftijd zijn er te over: ze heeft nooit gerookt, weinig tot geen alcohol gedronken en ze ging in haar leven in totaal één dag naar school, zodat ze daar geen infecties kon oplopen. Verder was ze erg intelligent en had ze geen kinderen. "Ze kan terugkijken op een relatief zorgeloos leven", besluit Holstege.