http://forum.dutchbodybuilding.com/f43/patella-femoraal-syndroom-170194/
De scheeftrekkende knieschijf die jij bedoelt wordt patellar tracking genoemd, veelal richting lateraal (naar buiten). Dit wordt ook het ''j sign'' genoemd en is een symptoom wat vaak correleert met het patellofemoraal pijnsyndroom.
Patellofemoraal pijnsyndroom impliceert al dat het centrale kenmerk van het syndroom pijn is: verder blijft de naamgeving uitermate vaag. Niets tot weinig is dan ook bekend over de oorzaak of meest effectieve behandeling van de aandoening. Hoewel er verscheidene tests zijn ontwikkeld voor het PFPS, is de kwaliteit van veel tests onbekend en van veel tests bewezen slecht. Er zijn echter wel veel symptomen bekend die veel mensen met het syndroom lijken te ervaren, bijvoorbeeld pijn bij lopen, hardlopen, traplopen, fietsen, lang staan, lang zitten 'theater sign', squaten en eventueel kortdurende blokkeringsverschijnselen in combinatie met een krakende knieschijf 'crepitus'.
Dientengevolge is het diagnosticeren van het patellofemoraal pijnsyndroom meer een kwestie van het uitsluiten van specifieke aandoeningen waarbij de stelligheid van de diagnose wordt versterkt door o.a. bovenstaande anamnestische gegevens.
Wat men wel weet is dat de volgende tekenen vaak samenhangen samen met het PFPS en zouden dientengevolge aangrijpingspunt voor diagnostiek en behandeling kunnen vormen:
- Zwakke m. vastus medialis
- zwakke heupexorotatoren
- zwakke heupendorotatoren
- verkorte hamstrings/kuiten
- overmatige pronatie voet
- overmatige endorotatie tibia (onderbeen)
- verkort bindweefsel lateraal van de patella/m. tensor fascia latae
- hoogstand/laagstand van de patella
- vergrote hoek tussen de SIAS (spina iliaca anterior superior) en de patella ''Q-hoek'' genoemd. Dit is veelal zichtbaar als x benen.
Op t-nation heb ik verder het volgende gelezen hoewel ik niet weet in hoeverre dit is onderzocht:
Zwakke m. iliopsoas leiden tot compensatoire contractie en verkorting van de m. rectus femoris. Dit bewerkstelligd een hoogstand van de patella, waardoor deze niet goed in haar groeve ligt en de groeve minder diep wordt (ten gevolge van verminderde osteoclastenactiviteit). Dientengevolge zou m. iliopsoastrainingversterking en m. rectus femoris verlenging kunnen bijdragen aan effectieve therapie bij PFPS. Nogmaals in hoeverre dit klopt weet ik verder niet maar het is op zijn minst een logische hypothese. Wat ik wel vermelden moet, is dat ik op mijn stage veel de m. rectus femoris verlenging bij PFPS heb uitgevoerd en de patienten vermelden vermindering van pijnklachten. M. iliopsoastraining heb ik niet toegepast omdat ik toen nog niet wist dat m. iloapsoas kracht zou kunnen bijdragen aan een pijnvrije knie.
Ik wens je veel succes!