AndroidHealthClinic

Geen verschil in effect op hart- en vaatziekten tussen magere en volle zuivelproducten, melk, of kaa

isdatzo

Advanced Bodybuilder
Lid sinds
16 apr 2007
Berichten
1.073
Waardering
116
ACHTERGROND: Op de verschillende bodybuildingforums kom je ieder jaar verschillende malen dezelfde discussie tegen. Iemand vraagt hoeveel melk je maximaal kunt drinken voor je gezondheid. En vervolgens wordt deze persoon bestookt met linkjes naar verschillende internetsites die stuk voor stuk zouden moeten aantonen dat:
-Melk gezond of juist ongezond zou zijn.
-Je toch vooral moet kiezen voor magere melk.

Er is maar één punt waarop deze verschillende internetsites allemaal hetzelfde zijn: Ze gebruiken een waardeloze onderbouwing. Daar bedoel ik mee dat ze allemaal maar een beperkt deel van de vele tientallen beschikbare studies gebruiken om hun standpunt te "onderbouwen". En het overige deel van de studies negeren. Zelfs wetenschappers van literatuuroverzichten maken deze fout zoals ik zal laten zien.

Ik ben die flauwekul al verschillende jaren meer dan zat en heb (wederom) zelf maar een literatuuroverzicht geschreven (1). Doelen hierbij waren:
-Een overzicht maken van al het prospectieve onderzoek over de relatie tussen zuivel(producten) en hart- en vaatziekten.
-Hierbij alle informatie toevoegen over de effecten van vetten uit zuivel(producten).
Verder heb ik het stuk deels vertaald naar het Nederlands zodat het voor een breder publiek toegankelijker wordt (2).



SAMENVATTING:

Het Voedingscentrum raadt het gebruik aan van magere zuivelproducten omdat volle zuivelproducten de kans op hart- en vaatziekten zouden verhogen. Wat hierbij opvalt is dat het Voedingscentum bij de onderbouwing voor deze stelling al het wetenschappelijke bewijs over de relatie tussen zuivelproducten en hart-en vaatziekten volkomen negeert.

Twee van de drie meest recente literatuuroverzichten over de relatie tussen zuivel en/of melk, en hartziekten concluderen dat er geen bewijs is voor een relatie. De derde stelt na een "meta-analyse" dat hoge consumptie van zuivel en melk de kans op hartziekten verlaagt. Feit is echter dat een verhoogd risico tussen zuivel en hartziekten is gevonden in 4 studies, en dat alle 4 die studies niet meegenomen zijn in de meta-analyse.

Indien je al het relevante wetenschappelijke bewijs over de relatie tussen zuivel en hart- en vaatziekten bekijkt, zie je dat er inconsistente aanwijzingen zijn dat consumptie van zuivelproducten de kans op hart- en vaatziekten zou beïnvloeden: Effecten verschillen tussen de verschillende zuivelproducten, en verschillen tussen Aziatische en Westerse populaties. Tevens zijn er geen consistente verschillen tussen magere- en volle zuivelproducten, melk, en kaas. Met de huidige kennis is de aanbeveling om te kiezen voor magere zuivelproducten niet gerechtvaardigd met het oog op effecten op hart- en vaatziekten.



DE DEELS NAAR HET NEDERLANDS VERTAALDE ABSTRACT

Ik zal in het kort beschrijven hoe ik tot de resultaten in het literatuuroverzicht ben gekomen. De precieze werkwijze, resultaten, en conclusies heb ik in het Engels beschreven.

Doelen: Ik wilde een overzicht maken over al het prospectieve onderzoek betreffende zuivel, en zuivelproducten in relatie met totale hart- en vaatziekten, hartziekten, en beroertes. Verder wilde ik alle informatie toevoegen over het effect van vet uit zuivel in relatie tot voorgenoemde ziekten.
Bron: Ik heb gezocht in de Pubmed Database aan de hand van een behoorlijk uitgebreide zoekterm en aan de hand van een methodiek die elders beschreven is. Engelstalige studies werden inbegrepen en referentielijsten werden nagekeken om de kans te verkleinen dat ik bestaande artikelen over het hoofd zou zien.
Resultaat: Ik vond 50 artikelen die informatie gaven over 29 verschillende onderzoeksgroepen. Geen enkel artikel heb ik buiten de analyse gehouden.
Conclusie: Ik vond zwak bewijs dat zuivel de kans op hartziekten, en de kans op overlijden aan hartziekten zou kunnen verhogen. Het bewijs voor de kans op hartziekten werd gevonden voor mannen en bij een gemiddelde consumptiehoeveelheid (237-405 g zuivel per dag). Maar ik vond ook aanwijzingen dat zuivel beschermd tegen een beroerte (alle vormen bij elkaar), en tegen een beroerte in de vorm van een herseninfarct. Deze effecten werden gevonden bij een relatief lage consumptie (≥ 128-296 mg calcium uit zuivel per dag).
Ook vond in aanwijzingen dat melk consumptie beschermd tegen de kans op overlijden aan een beroerte indien het ≥ 4-5 x per week wordt gedronken. Wat verder opviel was dat hoge consumptie van kaas mogelijk beschermd tegen de kans op een herseninfarct, en dat hoge consumptie van room misschien een beschermend effect geeft bij mannen indien de resultaten voor hartziekten en beroerten op een hoop worden gegooid.
Ik vond geen aanwijzingen dat consumptie van boter de kans op hartziekten verhoogt vergeleken met margarine, maar voor een beroerte ligt dit mogelijk anders. Margarine beschermd vrouwen mogelijk tegen de kans op overlijden aan een beroerte indien dit 4-7 x per week wordt geconsumeerd. Terwijl ik matig bewijs vond dat boter de kans op een hersenbloeding zou kunnen verhogen.
Er zijn geen aanwijzingen dat de hoeveelheid vet uit zuivel, melk, of kaas van invloed is op de relatie tussen deze voedingsmiddelen en hartziekten of beroertes. Maar er zijn wel aanwijzingen dat de gevonden effecten afhankelijk zijn van de etniciteit. Al het bewijs voor verhoogde risico's op voorgenoemde ziekten werd gevonden onder Europese en Noord-Amerikaanse populaties. Beschermende effecten van zuivel en melk werden gevonden onder Aziatische populaties, en beschermende effecten van kaas en room werden gevonden onder Europese en Noord-Amerikaanse populaties.
Perspectief: De meeste effecten werden (bijna) alleen gevonden onder Aziatische óf onder Europese/Noord-Amerikaanse populaties. Hierbij kwam dat sommige effecten werden gevonden bij matige consumptiehoeveelheden en niet voor beide coïtusen. Er was zeer weinig informatie beschikbaar over de relatie met totale hart- en vaatziekten, en al het "bewijs" voor effecten bleef beperkt tot specifieke ziektebeelden (hartziekten, beroerten, of specifieke soorten beroerten).
Het huidige bewijs dient dan ook in dit perspectief gezien te worden: Een effect op één specifiek ziektebeeld zou kunnen worden "geneutraliseerd" door een effect op een ander specifiek ziektebeeld, waardoor het effect op totale hart- en vaatziekten 0 is.
De huidige kennis uit de literatuur volstaat niet om wetenschappelijk onderbouwde adviezen over de relatie tussen (vetten uit) zuivel en hart- en vaatziekten te geven, vooral voor Amerikaanse en Europese populaties: Alhoewel enkele aanwijzingen werden gevonden voor mogelijke risico's door consumptie van zuivel, werden er geen risico's gevonden door de consumptie van specifieke zuivelproducten. Opvallend is dat er aanwijzingen zijn voor mogelijke beschermende effecten van enkele zuivelproducten die relatief veel verzadigd vet bevatten (kaas en room).



Referenties:
1) Hoenselaar R. Canceranddiet.nl. Dairy, milk & cardiovascular disease (CVD). http://canceranddiet.nl/cardiovascular_disease/dairy.html
2) Hoenselaar R. Voedingengezondheid.com. Zuivel, melk & hart- en vaatziekten. http://voedingengezondheid.com/zuivel-melk-hartziekten.html
 
Laatst bewerkt:
Terug
Naar boven