XXL Nutrition

Sticky Een filosofische verdediging van de wetenschappelijke kennisvergaring (1 bezoeker)

Bezoekers in dit topic

Bedankt voor het posten heb er wat aan gehad!
 
Lol, hier wordt altijd veel over geschreven.

Zoals de admin en mod al zeiden.

Leken moeten zich niet over iets dergelijks uitspreken. Wetenschappelijke studies behoren tot wetenschappers. En meestal zelfs tot wetenschappers uit het betreffende vakgebied.
Wetenschappers gaan zichzelf al zelden uitspreken over een studie die niet tot hun vakgebied behoort omdat ze niet genoeg onderbouwde commentaar kunnen leveren. Persoonlijk vind ik dus dat het zeer gevaarlijk is als leken uit studie's resultaten gaan trekken. En zeker wanneer de (sensatie)media dit gaat doen.

Je kan wel grote lijnen gaan afleiden uit verschillende onderzoeken.
 
Wetenschappers ontkennen alles wat ze niet wetenschappelijk kunnen verklaren.

Ze staan daardoor minder open voor de werkelijkheid.
 
Wetenschappers ontkennen alles wat ze niet wetenschappelijk kunnen verklaren.

Ze staan daardoor minder open voor de werkelijkheid.
Lees die 2 zinnen nu nog zelf eens. ;)

Werkelijkheid is nu net wat wetenschap wilt achterhalen...
 
Lees die 2 zinnen nu nog zelf eens. ;)

Werkelijkheid is nu net wat wetenschap wilt achterhalen...

Als die wetenschap niet met alles wil rekening houden dan zal ze die werkelijkheid nooit achterhalen.
 
occams razor.
 
occams razor.

Ockhams scheermes (Latijn Novacula Occami, Engels Ockham's Razor, Occam's Razor) is een principe uit de kennistheorie dat wordt toegeschreven aan de 14e eeuwse Engelse filosoof Willem van Ockham, een franciscaner monnik.
Het houdt in dat men niet het bestaan van iets moet veronderstellen als onze ervaringen ook op een andere manier kunnen worden verklaard; in het Latijn: Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda: "Men moet de zijnden (gepostuleerde objecten binnen een hypothese) niet zonder noodzaak verveelvoudigen".
Wanneer er verschillende hypotheses zijn die een verschijnsel in gelijke mate kunnen verklaren, wordt vanuit dit principe aangeraden om die hypothese te kiezen welke de minste aannames bevat en de minste entiteiten veronderstelt. Dit is de gangbare wijze waarop Ockhams scheermes wordt toegepast.
Het 'scheermes' — een term die Ockham zelf niet gebruikte — symboliseert het wegscheren van alle onnodige ingewikkeldheden om bij de eenvoudigste verklaring uit te komen.
Ockham gebruikte dit principe om speculatieve begrippen in de filosofie af te wijzen. Betrouwbare speculaties over de wereld waren voor hem uitgesloten. Dit paste in zijn filosofie van het nominalisme, de opvatting dat abstracte begrippen niet op zichzelf bestaan, maar slechts hulpconstructies zijn van de menselijke geest.
[bewerken]Gebruik in de wetenschapsfilosofie

Het scheermes wordt vaak gebruikt als demarcatiecriterium om wetenschap van pseudowetenschap te onderscheiden. Ter verklaring van het uitslaan van de wichelroede bij gebruik door wichelroedelopers wordt bijvoorbeeld wel aangevoerd dat dit een reactie is op de aanwezigheid ter plekke van aardstralen. Ockhams scheermes kan nu worden toegepast door te zeggen dat zolang het niet duidelijk is hoe aardstralen objectief (wetenschappelijk) gedefinieerd of aangetoond moeten worden, het beter is om het begrip überhaupt niet te gebruiken, en alternatieve verklaringen te zoeken die niet van aardstralen uitgaan, bijvoorbeeld onwillekeurige spierbewegingen van de wichelaar.
Vaak wordt het beginsel gerechtvaardigd door een combinatie van atomisme met probabilisme: als we aannemen dat de werkelijkheid bestaat uit volstrekt onafhankelijke objecten en we kennen aan het bestaan van ieder object een bepaalde waarschijnlijkheid toe, dan zullen hypothesen die meer objecten omvatten onwaarschijnlijker zijn. Het probleem is dat de werkelijkheid lijkt te bestaan uit objecten met een bepaalde begripsmatige en oorzakelijke samenhang. Vandaar dat Ockham zelf het voorbehoud maakte, dat het noodzakelijk kan zijn het bestaan van een object aan te nemen of het samenhangend bestaan van meerdere ervan waarschijnlijker te achten.
Worden er later nieuwe gegevens bekend, dan kan in het licht van wat dan bekend is een andere verklaring toch beter blijken. Een voorbeeld hiervan is de zwaartekrachtwet volgens Newton: voor de ontwikkeling van de speciale relativiteitstheorie door Albert Einstein was er geen reden om op zoek te gaan naar een ander model — alle metingen, tot dan toe, waren in overeenstemming met Newtons zwaartekrachtwet. Echter, de zwaartekracht breidt zich volgens Newton's wet met oneindige snelheid uit, terwijl de speciale relativiteitstheorie ervan uitgaat dat niets zich sneller voort kan bewegen dan de lichtsnelheid (in vacuüm). Dit was voor Einstein de reden om op zoek te gaan naar een nieuwe zwaartekrachtstheorie. Die vond hij, en maakt deel uit van zijn algemene relativiteitstheorie. Door steeds verfijndere meetmethoden zijn er sindsdien metingen gekomen die niet te verklaren zijn vanuit Newtons zwaartekrachtwet, en wel vanuit de algemene relativiteitstheorie.[1] Overeenkomstig geldt voor het Ptolemeïsche wereldbeeld met de aarde in het middelpunt: zolang observaties niet iets anders suggereerden was er geen reden om de zon in het middelpunt te stellen. Pas nadat de aandacht werd gevestigd op anomalieën in de banen van planeten kwam er ruimte voor twijfel.
Ockhams scheermes is niet hetzelfde als het idee dat "het volmaakte eenvoudig is". Dit had Albert Einstein waarschijnlijk voor ogen, toen hij in 1933 schreef: "Het uiteindelijke doel van iedere theorie is om de niet–verder–reduceerbare basiselementen zo simpel en zo weinig mogelijk te maken, zonder dat hierdoor de adequate beschrijving van één van de ervaringsfeiten hoeft te worden opgeofferd".[2] Dit citaat wordt vaak geparafraseerd als: "Theorieën dienen zo eenvoudig mogelijk te zijn, maar niet eenvoudiger."[3] Vaak is de beste verklaring veel ingewikkelder dan de meest eenvoudige verklaring. Dit komt doordat — in de beste verklaring — er minder aannames gedaan zijn die de kans lopen niet gerechtvaardigd te zijn in een bepaalde situatie. Daarom is de populaire verwoording van het scheermes: "de eenvoudigste verklaring is de beste", vaak te simplistisch — de kern van de achterliggende redenen voor het toepassen van Ockhams scheermes worden gemist, door het verwarren van een diepgaand inzicht in wat eenvoud is (in wetenschappelijke zin) met gemakkelijk te begrijpen zijn. Deze twee begrippen zijn natuurlijk gecorreleerd aan elkaar, maar niet of nauwelijks equivalent.
Het principe van het scheermes van Ockham is een van de thema's van de film Contact uit 1997, gebaseerd op het boek van Carl Sagan.[4] Het komt ook terug in het boek De Naam van de Roos van Umberto Eco.

bron http://nl.wikipedia.org/wiki/Ockhams_scheermes

Calyptus begrijpt waar ik naar toe wil maar met de stelling van Willem van Ockham ben ik het niet eens in die zin dat men rekening moet houden met het bestaan van aardstralen ook al kan men deze niet wetenschappelijk verklaren ze zijn er wel!
 
Wetenschap is per definitie neutraal.

Steeds vaker verschijnen er artikelen in de media, welke onder de naam van wetenschap of ''klinisch bewezen'' trachten allerlei smeersels en pillen of dieet disciplines aan de man/vrouw te brengen. Dit mag, want liegen mag binnen bepaalde perken. Je mag beweren dat je van een bepaalde pil vet zal kwijtraken en/of spiermassa aanzetten. Of dat het dagelijks insmeren met dag nacht ochtend en avond creme je huid verjongt. Geen bewijs want dat hoeft niet. Bewijs bestaat overigens niet in de wetenschap behalve binnen de wiskunde en of dat een wetenschap of een stuk gereedschap is, blijft nog onzeker. Wetenschap werkt met hypotheses die verifieerbaar en falsificeerbaar moeten zijn. De stelling: alle zwanen zijn wit, kan geverifieerd worden door alle zwanen in de wereld te tellen en op witheid te controleren. Falsificeren is simpeler: bij het zien van de 1ste zwarte zwaan is de hypothese ongeldig. Wie wetenschap beoefent (en dat is vaak het grote probleem) moet zich zodanig opstellen dat een falsificatie van zijn hypothese hem of haar niet emotioneel raakt. Al te vaak wordt er stilletjes naar gestreefd resultaten te krijgen die de eigen hypothese ondersteunen.
 
Posts verwijderd, niet off-topic reageren hier aub.
 
Nou, na het na zolang terug te lezen, vind ik het betoog helemaal niet zo goed als toen ik het eerst las. Er zit een wankele stelling in die heel het kaartenhuisje van dit neo-Kantiaans betoog doet instorten.

maar het is wel zo dat logica en wiskunde ongeacht tijd, ruimte of maatschappij altijd waarhouden en absoluut zijn.

Dit is compleet ongefundeert. Sterker nog, als we uitgaan van een Kantiaanse kennisvergadering kunnen we dit zelf niet weten. Het is nochtans nodig voor dit neo-Kantiaans betoog, daarom dat Kant dit ook aanneemt als waar en probeert te verdedigen via intuitie(meh), maar de stelling 'dat het zo is' valt weg, en het betoog wat erop volgt is wankel.

Er is absoluut geen enkele noodzaak om de verschillende soorten logica en wiskunde als iets anders te aanzien dan een (zeer nuttige) uitvinding van de mens om het gedrag van het universum te kunnen beschrijven, of dat zaken als bv wiskundige waarheden bestaan buiten het menselijk denken. Ook bekend als logisch/wiskundig fictionalisme. We weten helemaal niet tot hoever 'onze' logische systemen en wiskunde valabel blijven. We weten nog maar pas dat Klassieke tweewaardige propositielogica niet 'werkt' in de quantumwereld, waar zaken in meerdere staten tegelijk kunnen bestaan. Daar had Kant geen flauw benul van, die dacht dat logica af was.

Dus 'ware kennis' en hard wetenschappelijk realisme, waar in dit stuk wordt voor betoogd, valt in het water. We kunnen zelfs niet weten of we het benaderen of niet. Wat wetenschap ons wel geeft is bruikbare modellen van het universum, en steeds betere. Ms is dat wel genoeg, maar we mogen bruikbaarheid niet verwarren met waarheid, zoals de 19-20ste eeuwse Pragmatici deden.
 
Laatst bewerkt:
Back
Naar boven