Met de militaire aanval in het regeringsdeel van Syrië doet Trump iets wat zijn voorganger Obama nooit durfde. Die dreigde altijd met een 'rode lijn' die werd overschreden zodra het erop leek dat Assad weer eens zijn voorraad saringas uit de kast had gehaald om zijn eigen bevolking uit te moorden, maar besloot uiteindelijk altijd ter elfder ure om toch niet in te grijpen, uit angst voor de consequenties. Want die kunnen groot zijn. Dit is het probleem in Syrië: als Assad daar niet meer zit, wie houdt dan het land bij elkaar?
Trump of zijn adviseurs moeten dit probleem hebben gezien. Daarom vuurden zij alleen raketten af op een nagenoeg verlaten luchtmachtbasis. Met zes doden was de aanval 'beperkt' en 'verwacht', aldus de Syrische minister van informatie Omran al Zoubi. Amerika zet de positie van Bashar al-Assad vooralsnog niet op het spel. De Syrische alleenheerser heeft alleen een tik op zijn vingers gekregen.