Hoe verhoudt het voornemen van het Openbaar Ministerie (OM) om de veteraan in kwestie te gaan vervolgen zich tot de volgende uitlatingen van het OM eerder dit jaar: «Vroeger was het in dienst treden bij buitenlandse strijdkrachten strafbaar, nu is het niet langer verboden. Je mag alleen niet deelnemen aan een strijd tegen Nederland»?
2
Antwoord 4
In oktober 2014 heeft het OM laten weten dat drie personen die met de Koerden meevochten tegen ISIS niet konden worden vervolgd voor het in vreemde krijgsdienst treden, omdat dit enkel strafbaar is wanneer men in krijgsdienst treedt bij een vreemde mogendheid waarmee Nederland in oorlog is of dreigt te raken. Naar aanleiding van deze mededeling is de onjuiste suggestie in de media gewekt dat personen die deelnemen aan een gewapende strijd in het geheel niet vervolgd zouden kunnen worden.
3 In reactie hierop heeft het OM op 31 oktober 2014 laten weten dat deelname aan het gewapend conflict in Irak en Syrië in beginsel strafbaar is en dat Nederlanders die daar vechten gewoon onder het Nederlandse strafrecht kunnen worden vervolgd voor commune of terroristische misdrijven.
4 Het doden van anderen, waaronder ISIS-leden, kan dus leiden tot een strafrechtelijke vervolging voor commune delicten, zoals moord. Het OM weegt per geval zorgvuldig af of opsporing en aansluitend vervolging haalbaar en opportuun is. Dit is uiteraard afhankelijk van de concrete omstandigheden.
Op dit moment wordt opsporingsonderzoek verricht naar de handelingen van A. in Syrië. Op basis van de resultaten van dit onderzoek zal het OM vervolgens beoordelen of een strafrechtelijke vervolging mogelijk en opportuun is.
zoek.officielebekendmakingen.nl